Afhankelijk van de levensfase van een groep verloopt het aantrekken van nieuwe vrijwilligers vlot of minder vlot:
- In een startende groep hebben enthousiastelingen zich verzameld rond een wervend idee en steken ze de handen uit de mouwen. De opstartfase verloopt organisch. De groep groeit, maar er vertrekken ook enkele mensen.
- In een autonome groep gaat het vinden van nieuwe vrijwilligers vanzelf. De groep blaakt van zelfvertrouwen en goesting. De groep blijft groeien, trekt nieuwe mensen aan en blijft daardoor in beweging.
- In een routineuze groep verloopt het wisselen van vrijwilligers moeizamer. De doorstroming stokt langzaam aan, vrijwilligers blijven steeds langer op post. Ervaren vrijwilligers worden experten die niet gemakkelijk te vervangen zijn. De groep trekt geen nieuwe mensen aan. De groei van de groep stagneert. De groep is gevormd/gestold. Het is niet meer de groep die zich aanpast maar de potentiële nieuwe vrijwilliger die zich moet aanpassen.
- In een verstillende groep gebeurt een wissel van vrijwilligers zelden tot nooit. Vrijwilligers krijgen hun functie niet meer doorgegeven en blijven uit plichtsgetrouwheid. Zonder stevige ingreep zal het bestuur aanblijven en geleidelijk verstillen tot het gedaan is, wat meestal ook het einde van de groep betekent. Vrijwilligers stoppen dan noodgedwongen.
Meer lezen: Wat is het levensfasenmodel?